4,5% rendement en nieuw leven in het boetje

De opgave om meer duurzame energie op te wekken leidde eerder tot wrevel onder de inwoners van Medemblik. Dat het ook zonder wrevel kan, bleek bij de realisatie van zonneweide Tripkouw in Midwoud. Sleutelwoorden daarbij waren: landschappelijke inpassing en financiële participatie. “In die combinatie liggen veel kansen”, aldus Harry Nederpelt, wethouder duurzaamheid in Medemblik. Hoe energieprojecten uit de RES bottom up aangepakt kunnen worden.

Eind september werd in Midwoud een zonneweide van 6,5 hectare geopend. Met 16.000 zonnepanelen kan er jaarlijks genoeg energie worden opgewekt voor 2.000 huishoudens. Dat betekent een CO2-besparing van 3.500 ton per jaar. Toch was het niet alleen de duurzame impact die de inwoners enthousiast maakte voor het project. Het was de combinatie van landschappelijke inpassing en het feit dat ze een financieel belang konden nemen in de zonneweide.

In Midwoud was het de Dorpsraad die het project van de grond trok, samen met afvalverwerkingsbedrijf HVC. “HVC heeft al vaker zonneweides aangelegd”, vertelt wethouder Nederpelt. “Het bedrijf beheerst de techniek, heeft inzicht in de kosten en kon misverstanden uit de wereld helpen. Zo zei men: met een zonneweide naast de deur kun je zelf geen zonnepanelen op je dak plaatsen, omdat er niet genoeg capaciteit op de kabel is om terug te leveren aan het net. Niets is minder waar. Bij zo’n grootschalig initiatief wordt een directe kabel gelegd tussen zonneweide en onderstation. HVC kon mensen goed daarover voorlichten.”

Voordelen voor collectief en individu

Energie-initiatieven als Tripkouw steunen wat het gemeentebestuur betreft op twee pijlers: landschappelijke inpassing en financiële participatie. “Bij Tripkouw is gekozen voor obligaties”, aldus Nederpelt. “Het had iedere andere vorm kunnen zijn. Belangrijk was dat ook mensen die niet in de directe omgeving van Midwoud wonen mee konden doen. Ruim 100 inwoners in de gemeente Medemblik hebben obligaties gekocht voor in totaal 400.000 euro.”

Het rendement op de obligaties van 4,5% is beduidend meer dan mensen op een spaarrekening krijgen. “Bij veel duurzaamheidsinitiatieven is het rendement goed. Alleen de trigger verduurzamen is vaak onvoldoende. Als er naast voordelen voor het collectief ook voordelen voor individuen zijn, komen mensen makkelijker in actie.” Zelf kocht Nederpelt bewust geen obligaties, om iedere schijn van belangenverstrengeling tegen te gaan. “Maar als ik geen wethouder duurzaamheid was, had ik het zeker gedaan.”

Samenhang geeft meerwaarde

Net zo belangrijk als het lokale eigendom was de landschappelijke inpassing van het project, meent Nederpelt. “We hebben ervaring opgedaan met de zonneweide in Andijk. Daar zijn bomen omheen geplant. Maar die hebben tien jaar nodig om dicht te groeien, waardoor mensen tegen de stalen constructie kijken. Bij Tripkouw is daarom een aarden wal van een meter hoog rond de zonneweide geplaatst. Verder is gekozen voor een opstelling die ruimte laat op de bodem. Over een tijdje komen er schapen te grazen, dat is goed voor de biodiversiteit van het gebied.” 

Ook goed ontvangen zijn de vaarverbinding langs het gebied en het wandel- en fietspad. “Verder wil HVC eraan bijdragen om het boetje nieuw leven in te blazen. Dat is een oude varkensschuur. Er zijn historische materialen uit de omgeving die er een plek kunnen krijgen en dan kan het schuurtje een publieke ruimte worden. Juist de samenhang tussen al die aspecten geven het project meerwaarde voor de omwonenden.”

Trots op de bijdrage

De eerdere weerstand is dus weg? “Weerstand tegen windturbines is er nog steeds. Als je de afstand van 600 meter tot de bebouwing hanteert, zijn er nog maar weinig plekken in Medemblik waar windturbines kunnen komen. Zon omarmen we wel, liefst op daken en restgronden. Mensen zijn er dan zelfs trots op dat ze een bijdrage kunnen leveren. Daarbij willen we agrarische gronden sparen. De agrarische sector is de belangrijkste pijler onder de economie van Medemblik.” Het beleid van Medemblik is om projecten zorgvuldig in te passen. Daarom lopen er nu vijf pilots in de gemeente. “Die vijf pilots hebben we gestimuleerd en gefaciliteerd. We willen ervan leren. Van Tripkouw hebben we geleerd dat het combineren van landschappelijke inpassing en financiële participatie werkt, maar dat dit wel maatwerk is. Niet de werkwijze telkens één-op-één kopiëren, maar luisteren naar wat inwoners belangrijk vinden. Als gemeente jagen we dat aan, we enthousiasmeren initiatiefnemers om met de omgeving in gesprek te gaan. Dan ontdek je waar de kansen liggen.”

Deel deze informatie:
Naar bovenNaar boven
Snel naar NH Zuid
Snel naar NH Zuid